Beestjes

Jan Wolkers kon er maar niet over ophouden; de beestjes. Hij had het dan over kleine insecten en andere wezentjes die in hun eigen wondere wereld allerlei gekke fratsen uithaalden. Vooral het spuugbeestje kon op de bijzondere interesse van Wolkers rekenen. Hij hield werkelijk van dat kleine grut. Het zal Jan dan ook verheugen dat hij na z’n begrafenis waarschijnlijk door allemaal kleine beestjes is opgepeuzeld. Een mooi einde.

Van Jan z’n leven dan, want dit stukje begint net. Naast Wolkers zijn er namelijk nog meer mensen die beestjes bestuderen. Het tv-programma Vroege Vogels besteedde recent zelfs een paar minuten zendtijd (vanaf 5.40) aan deze beestjeskijkers.

Het ging de heren in die uitzending om een kevertje. Van liefst drie millimeter groot. Het beste moment om zo’n beestje op te sporen is natuurlijk ’s morgens heel vroeg terwijl je ballen er afvriezen. Dat verwacht zo’n kevertje niet; die zit dan net lekker aan z’n ontbijt met een krantje op een nog veel kleiner formaat dan waar de Volkskrant tegenwoordig op verschijnt. Uitgerust met zaklampen op hun hoofd trokken de beestjeskijkers dus in alle vroegte als ware commando’s door een Brabants bos om dit beest eens flink te gaan…….bekijken.

Dat bleek een koud kunstje te zijn. Zo goed als Osama Bin Laden zich verstopt voor de commando’s, zo gemakkelijk liet de Caledromaris Bifaciatus, zoals deze kever in Brabo-Latijn heet, zich opsporen. Het kevertje moest eraan geloven. Bruut werd hij opgezogen door een bidon met een slangetje eraan – ik besef dat dit een rare zin is, maar zo zag het er toch echt uit.

Snel gingen de heren terug naar hun beestjeskijkershutje om het beestje eens grondig te bestuderen. Één van de heren baalde nog wel dat een ander kevertje, de Grisgigilis (vermoedelijk ook weer Brabo-Latijn) hem net door de vingers was geglipt. Die had zich heel slinks op de grond laten vallen en was zo aan de hel ontsnapt waarin hij zou belanden wanneer hij gevangen was genomen door de beestjeskijkers.

Wat de heren daarna deden ging namelijk alle perken te buiten. Guantanamo Bay is er niets bij. In hun beestjeskijkershutje vierden de mannen de vangst door het op een zuipen te zetten. Terwijl dat arme kevertje op een petrischaal lag te vechten voor z’n leven, dronken de heren beestjeskijkers rustig een borreltje. Met zichtbaar genot werd bekeken hoe dat lieve, onschuldige kevertje daar lag te spartelen.

En het gaat nog veel verder dan dat met de beestjeskijkers. Want – en ik schaam me een beetje dit op te moeten schrijven – één van deze heren is bevriend met mijn ouders en vertelde zodoende op een verjaardag een keer wat hij nog meer allemaal uitspookt met de beestjes.

Nou, ik zal u de details besparen…, maar kort gezegd komt het er op neer dat hij torretjes ontdoet van hun penis om te kunnen bepalen welke soort het is. Een soort toreador dus, maar dan net even anders. En daar dan heel enthousiast over vertellen op verjaardagen. Welk een sadisme!

Ondertussen zitten ook de beestjes niet stil. Zij slaan op allerlei manieren terug. Zo terroriseren de lieveheersbeestjes sinds kort ziekenhuizen. Door zich te nestelen in een Winterswijks ziekenhuis moest men daar alle operatiekamers tijdelijk sluiten. Het is een duistere wereld, die beestjeswereld.

3 reacties op “Beestjes”